Wat leven we toch in een raar land. De gemiddelde Nederlander is al woedend als iemand zijn biertje omstoot, furieus als zijn fiets is gestolen en in paniek als hij zijn baan verliest. Begrijpelijk, als je het mij vraagt. Maar wat nou als je alles kwijtraakt?
Over wie ik het heb? Over Gláucio Ventura, geboren in een asielzoekerscentrum in Heerenveen en opgegroeid in Nederland. Zoon van zijn Angolese ouders, die 14 jaar geleden zijn weggevlucht voor het oorlogsgeweld daar. Het kleine broertje van zijn zus, Márcia, die volgend schooljaar aan VWO 6 begint. Medespeler van de voetballertjes van S.V. Blerick D1. Klasgenoot van zijn medeleerlingen, en leerling van zijn leerkrachten. Bijna – of juist net niet – brugpieper. Iemand’s vriend. Onze landgenoot, en mijn Venlose stadgenoot.
En wat ik daarmee te maken heb? Niks, maar tegelijkertijd ook alles. Hoe kun je iemand van twaalf jaar oud alles ontnemen wat hij heeft opgebouwd? Ik voelde me op mijn twaalfde al ongemakkelijk als ik op een voor mij onbekend toilet de grote boodschap moest doen. In de brugklas was ik bang voor de felle stem van mijn Duits lerares. Gelukkig was ik een paar uur later alweer terug in mijn vertrouwde en veilige omgeving. Dat is wel even anders als alles, maar dan ook álles, wereldvreemd voor je wordt.
Leg mij nou eens uit hoe het mogelijk is dat iemand die twaalf jaar jong is en volwaardig deel uitmaakt van de maatschappij, kan worden uitgezet naar een land dat hij niet kent?! Het doet er niet eens toe welk land. Of dat nou Noord-Korea, Duitsland of Angola is. Hij is nota bene geboren en getogen in Nederland, maar komt volgens de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) niet in aanmerking voor het kinderpardon en moet met zijn ouders terug naar Angola. En ‘terug’ moet eigenlijk tussen aanhalingstekens worden geplaatst, want daar is voor Gláucio geen sprake van. ‘Wegsturen’ is een toepasselijker woord. Zelfs de bezwaarprocedure mag hij niet in Nederland afwachten.
Machteloos sta je als de bureaucratische diknekken in pak, met het hart in de portemonnee, een twaalfjarig jongetje met het vingertje de laan uitsturen. Als ik 20 minuten naar Opsporing verzocht kijk zie ik méér dan genoeg personen de revue passeren die naar mijn mening ten onrechte NIET worden uitgezet. Met het ondertekenen van een petitie kun je er in 1 minuut voor (proberen te) zorgen dat iemand NIET ten onrechte het land wordt uitgezet. Je hoeft geen donor te zijn om je hart voor iemand te geven.
Laat Gláucio volgend jaar brugpieper zijn. Dat hij 3 keer mag zakken voor zijn schriftelijke overhoring Duits, dat zijn schooltas 9 keer van zijn fiets mag worden getrapt en hij al zijn schoolboeken mag kwijtraken. Maar laat hem in godsnaam niet alles wat hij hier heeft opgebouwd kwijtraken.
Je klikt op onderstaande link. Dan vul je je naam, woonplaats en e-mailadres in. Vervolgens ontvang je direct een mailtje, waarin je met twee muisklikken je ondertekening bevestigd. Niet meer dan 30 seconden van je tijd, dat beloof ik je!
http://glauciomoetblijven.petities.nl/
Jeroen Litjens – Ogenblikje.com